Wanneer een huurder zich wil beroepen op een gebrek door afwezigheid van drinkbaar water om de huurovereenkomst nietig te verklaren dient hij er zich rekenschap van te geven dat het ontbreken van een aansluiting op het waterleidingsnet niet noodzakelijk impliceert dat er helemaal geen drinkbaar water is. Dit zeker wanneer er wel een grondwaterput is. De rechtbank van eerste aanleg in Hasselt diende zich op 30 september 2019 uit te spreken over het beroep tegen een eerder vonnis van de vrederechter in Houthalen-Helchteren in een huurgeschil waarbij claim en tegenclaim elkaar opvolgden.